Elmo Rietschle F-REL Manual del usuario

Página 10

Advertising
background image

Uitvoeringen
Dit bedieningsvoorschrift is geldig voor de volgende radiaal-ventilatoren: RER en REL elk in 22 afmetingen.
Deze ventilatoren hebben een capaciteit van 4,9 tot 57 m

3

/min en bereiken een totaalverschildruk van 74 mbar bij 50 Hz. De belastingsgrenzen

zijn op het typeplaatje (N) aangegeven.
Het verband tussen de capaciteit en de onderdruk resp. de overdruk is weergegeven op de maatschetsen: D 750, D 751, D 752 en D 752 resp.
D 760, D 761, D 762 en D 763.

Beschrijving
De volgens het dynamisch principe werkende radiaalventilatoren RER en REL werken met een vrij draaiende waaier en zijn onderhoudsarm. De
ventilatoren hebben een geïntegreerde motor, op de horizontale motoras is de waaier vliegend gelagerd. Tussen lager en pomphuis is een keerring
gemonteerd. De motorventilator zorgt voor de koeling van zowel de motor als de het pomphuis. De typen RER (figuur

ᕤ) zijn rechtsdraaiend, terwijl

de typen REL (figuur

ᕥ) linksdraaiend zijn

De ventilatoren RER en REL zijn met verschillende zuigaansluitingen leverbaar: variant (01) tot (39) met aansluitflens (figuur

ᕡ), variant (40) tot

(69) met zeefflens (figuur

ᕢ) en variant (70) tot (99) met een slangpilaar (figuur ᕣ).

Toebehoren: indien nodig een motorbeveiligingsschakelaar (ZMS) en een geluiddemper (ZSD).

Toepassing

De machines zijn geschikt voor industriële toepassing, d.w.z. dat de beveiligingen conform EN DIN 294 zijn volgens tabel 4 voor
personen boven de 14 jaar.

De ventilatoren RER en REL kunnen zowel in het vacuumbereik als in het drukbereik worden ingezet en zijn geschikt voor het verpompen van lucht
met een relatieve vochtigheid tot 90 % en droge niet agressieve gassen.

De omgevingstemperatuur en de aanzuigtemperatuur moet tussen de 5 en de 40° C liggen. Bij temperaturen buiten dit bereik
verzoeken wij u om overleg met ons te plegen. De temperatuur van het aangezogen medium mag de 60° C niet overschrijden.

Er mogen geen gevaarlijke stoffen (b.v. brandbare of explosieve gassen of dampen), waterdamp of agressieve gassen aangezogen
worden.
De radiaalventilatoren mogen alleen met een gedeeltelijk gesloten in- of uitlaat worden gebruikt om te voorkomen dat de motor wordt
overbelast. Zonder aangesloten systeem mag de ventilator slechts kortstondig gebruikt worden.
De maximaal toelaatbare capaciteit voor lucht is afhankelijk van de gemonteerde motor. Dit is op het typeplaatje (N) weergegeven of kunnen voor
de standaard spanningen en frequenties in de maatschetsen gevonden worden:
RER / REL 260 20, 320 10, 320 20, 350 20, 350 30 zie maatschets D 750 resp. D 760
RER / REL 260 50, 320 30, 320 40, 400 10, 620 07 zie maatschets D 751 resp. D 761
RER / REL 320 50, 400 20, 440 20, 470 20, 620 10 zie maatschets D 752 resp. D 762
RER / REL 350 50, 400 50, 440 50, 440 60, 530 20, 530 50, 620 50 zie maatschets D 753 resp. D 763
Aangezien de belasting afhankelijk is van de dichtheid van het te verpompen medium gelden voor het verpompen van gassen andere
drukverschilgrenzen als voor lucht.
De standaard uitvoering mag niet in ruimten gebruikt worden die explosie gevaarlijk zijn.

Bij toepassingen, waarbij een ongeoorloofd uitzetten of een storing van de ventilator tot gevaarlijke situaties voor personen of
installaties kan leiden, moeten voldoende veiligheidsmaatregelen genomen worden.

Onderhoud en opstelling (figuur

ᕡ tot ᕥ)

Bij de opstelling van de ventilator en in het bijzonder bij het inbouwen dient met erop de letten dat de koelluchtinlaat (E) en de koelluchtuittrede (F)
een afstand van minstens 10 cm ten opzichte van de dichtstbijzijnde wand hebben. De uitstromende koellucht moet vrij uit kunnen stromen en mag
niet opnieuw worden aangezogen.
Tevens dient men erop te letten dat de aangezogen lucht (A) en de uitgeblazen lucht (B) ongehinderd kan uitstromen.

De ventilatoren van het type RER en REL kunnen alleen in horizontale positie, zonder storingen gebruikt worden.

De opstelling van de ventilatoren RER en REL op een vaste ondergrond is zonder bevestiging niet mogelijk, bij een opstelling in een constructie
adviseren wij de montage middels flexibele trillingsdempers.

Bij een opstelling hoger als 1000 m boven zeeniveau kan een vermogensvermindering merkbaar zijn. In dat geval vragen wij u
contact met ons op te nemen.

De radiaalventilatoren van het type RER en REL kunnen in 4 verschillende standen geleverd worden. Standaard is de stand 01.

Advertising
Este manual se refiere a los siguientes productos: